Marie-Bamberger-syndroom

Marie-Bamberger-syndroom (Marie-Bamberge-syndroom) is ook bekend als pulmonale hypertrofische osteoarthropathie, chronische pulmonale osteoarthropathie, systemische hypertrofische osteoarthropathie en secundaire pulmonale osteoarthropathie. Het syndroom werd voor het eerst gemeld door Bamberger (1889). Het jaar daarop identificeerde Marie opnieuw patiënten met acromegalie als vervormde botten in combinatie met chronische longziekte, en ook pulmonale proliferatieve osteoartropathie genoemd. Vandaar de naam van het syndroom. In 1963 vulde Berman's definitie van het syndroom drie essentiële hoofdtekens aan: knuppelvingers; periostale proliferatie van lange buisvormige botuiteinden; zwelling, pijn en gevoeligheid van gewrichten. De knuppelvingers zijn goed voor 18% tot 33% van chronische longziekten en tot 60% bij primaire longkanker.

heeft dit artikel jou geholpen?

Het materiaal op deze site is bedoeld voor algemeen informatief gebruik en is niet bedoeld als medisch advies, waarschijnlijke diagnose of aanbevolen behandelingen.